MINO: een echte win-win!
MINO, een win-winsituatie: hoezo? Wel, de programmeerbare miniatuurauto, met bijbehorend lessenpakket, heeft een grote toegevoegde waarde voor de STEM- en/of technieklessen in de eerste graad van het secundair onderwijs. Dit zijn niet onze woorden, maar die van een leraar verderop in dit artikel. En dankzij onze wedstrijd kan je zo’n volwaardig MINO-pakket winnen. Lees dus vooral verder om te weten hoe je met MINO aan de slag kan in je klas en wat je moet doen om kans te maken op één van de prijzen.
MINO: werken aan eindtermen in de autowereld
Een robuuste, programmeerbare miniatuurauto, inclusief een les- en werkbundel voor leerlingen, navorming voor leerkrachten, en een reeks didactische, ondersteunende online video’s: dat is MINO in een notendop. Een multimediaal én interactief totaalpakket om leerlingen uit de eerste graad van het secundair onderwijs warm te maken voor de beroepen in de automotive sector. MINO is het resultaat van een nauwe samenwerking tussen EDUCAM en drie STEM-academies in Vlaanderen. Naast de ontwikkeling van het lesmateriaal zorgen zij voor de kwalitatieve coaching van de leerkrachten en het beheer van de uitleendienst van het didactisch lesmateriaal.
Met MINO krijgen leerkrachten STEM en/of Techniek een tool in handen waarmee ze op een boeiende en uitdagende manier de interesse van jongeren voor (auto)technologie kunnen aanwakkeren en stimuleren. Het lesmateriaal is geënt op de eindtermen STEM en past volledig in het curriculum van de leerlingen. De lesinhouden bevorderen de eigen inbreng en creativiteit van de leerlingen met opdrachten waarin onderzoekend en verkennend leren centraal staan. De lesinhouden krijgen regelmatig een update op basis van de feedback van leerkrachten.
En het concept slaat duidelijk aan. Tijdens het schooljaar 2021-2022 volgden 200 leerkrachten uit 60 Vlaamse scholen de MINO-bijscholing. 41 scholen maakten gebruik van de uitleendienst. In totaal hebben 1.800 leerlingen in hun klas met de miniatuurauto’s gewerkt. Kortom, de cijfers spreken voor zich. Ook jij kan deel uitmaken van de MINO-community. Het enige wat we vragen is dat je een nascholing volgt bij één van de academies. Inschrijven kan via MINO: ontdek zelf de auto van de toekomst.
DOE MEE & WIN
Om dat succes wat in de kijker te zetten, organiseert EDUCAM een grote MINO-wedstrijd. Geef jij STEM of techniek aan de eerste graad van het secundair onderwijs? Ga dan zelf met je leerlingen aan de slag met MINO! Maak daarvan een filmpje en post het op Instagram (@minoeducam) met de vermelding #minoeducam. Onze volledig objectieve en onpartijdige jury kiest dan 2x per jaar een winnaar die een volwaardig MINO-pakket ontvangt.
Ontdek alles over MINO. Doe mee en misschien word jij wel één van de gelukkige winnaars. Good luck!
Getuigenis leraar
Wim Allemeersch is leerkracht Techniek en STEM Wetenschappen aan het Sint-Catharinacollege in Geraardsbergen. In het schooljaar 2021-22 heeft hij gedurende 3 weken het MINO-pakket gebruikt in 2 STEM-klassen in het tweede jaar secundair. Hij was meteen overtuigd van de mogelijkheden en de kracht van het concept.
"Ik heb MINO leren kennen via een collega en het sprak me meteen aan. Ik heb me verder geïnformeerd via EDUCAM en heb me, na overleg met mijn school, meteen ingeschreven.
Ik heb eerst een aantal navormingssessies gevolgd aan de VIVES-hogeschool in Kortrijk. Dit is bijzonder nuttig, omdat je tijdens die opleiding de miniatuurauto en het lesmateriaal leert kennen. Je leert er zelf mee werken en je ziet meteen ook welke de mogelijkheden zijn. Het is toch essentieel om het MINO-pakket en al het didactisch materiaal zelf juist te leren gebruiken vooraleer je er in de klas mee aan de slag gaat.
Wat me meteen opviel in de klas is de enorme aantrekkingskracht die uitgaat van de MINO-wagens. Het is niet altijd gemakkelijk om jongeren geboeid te krijgen en te houden tijdens de les – ik denk dat veel collega’s dat wel zullen beamen – maar zodra je de auto’s uitpakt, zijn ze echt mee in het verhaal. Ze vinden ze cool en willen er gelijk mee werken. Het viel me trouwens meteen op hoe stevig de auto’s en de accessoires zijn gebouwd. Misschien een detail, maar je hoeft niet bang te zijn dat ze snel stuk zouden gaan. In het pakket zitten 10 auto’s die je gedurende drie weken kan gebruiken in de klas. In mijn klassen konden de leerlingen zo per twee met één auto werken, wat een goede zaak is: je vermijdt een situatie waarbij één iemand met de auto bezig is en de rest moet toekijken.
Het mooie aan het concept is dat de lesbundels ook heel concrete opdrachten bevatten die nauw aansluiten bij de realiteit. Zo heb ik de leerlingen bijvoorbeeld een opdracht gegeven waarbij ze ervoor moesten zorgen dat de auto een parkeerplaats kon detecteren, er achterwaarts in moest rijden en er dan voorwaarts weer uit... Net zoals moderne auto’s, die tegenwoordig uitgerust zijn met een automatische parkeerfunctie. De leerlingen herkennen dat en zien meteen dat de auto van vandaag eigenlijk een computer op wielen is.
Een ander pluspunt is dat de lesinhoud helemaal aansluit bij de STEM-eindtermen, waardoor je MINO helemaal kan integreren in de leerstof. Je hoeft de lesbundels ook niet noodzakelijk helemaal te volgen. Ik heb ook mijn eigen lesinhoud gebruikt en zelf opdrachten gemaakt die daarbij aansluiten.
De opdrachten dwingen leerlingen om oplossingsgericht te denken. Zo’n miniatuurauto is heel erg tastbaar en de opdrachten zijn heel concreet, waardoor leerlingen er echt wel op gebrand zijn om een oplossing te vinden. Je ziet dat ook in de klas: ze willen echt dat de auto doet wat hij moet doen. Ze werken echt samen. Wat mij ook opviel is hoe intuïtief en creatief leerlingen omgaan met computers en programmeren. Er waren zelfs momenten waarop ze mij dingen hebben bijgeleerd.
Ik heb de MINO 3 weken kunnen gebruiken en ik ben overtuigd. Ik had de auto’s liever voor een langere periode tijdens het schooljaar ingezet, omdat je dan nog meer opdrachten kan uitvoeren en ze gaandeweg kan aanpassen qua moeilijkheidsgraad. Ik heb eraan gedacht onze school te vragen om een aantal MINO-pakketten aan te kopen, omdat ik ervan overtuigd ben dat ze ook voor andere vakken nuttig kunnen zijn, bijvoorbeeld voor het vak Techniek."
